Wednesday, January 31, 2018

Dagje Amsterdam #2

Nooit gedacht dat ik nog eens in mijn eentje op de Wallen zou lopen, maar komend vanuit de stad moest ik de Warmoesstraat door, op weg naar de Oude Kerk, waar een tentoonstelling was van Christian Boltanski-NaIn 2008 heb ik voor mijn afstudeerscriptie Fotografie Zeepaardjes en andere hersenspinsels aan AKV/St.Joost (deeltijdopleiding destijds in Den Bosch) o.a. gebruik gemaakt van boeken en informatie van deze kunstenaar/fotograaf, die zich liever schilder noemt. Zijn werk heeft betrekking op de dood in veel gedaantes. Hij vindt het verschrikkelijk dat persoonlijke, onbetekenende herinneringen verdwijnen wanneer iemand sterft en hij is gefascineerd door collectieve herinneringen, vergankelijkheid en het verstrijken van de tijd.

Prende La Parole, Site specifiek, 2005
Het eerste wat opvalt als je de kerk binnenloopt zijn de immens grote, zwarte dozen in verschillende formaten. Ze zijn overdekt met plastic en moeten tombes voorstellen, die vanaf de graven verrijzen. Je ziet ze rimpelen, er blijken ventilators in te staan. Ook loop je bijna meteen op tegen een mensachtige figuur met een houten staketsel als benen en een gloeilamp als hoofd, omhangen met een loden jas, die zich voorover buigt en je een vraag stelt: "Zeg eens, was je alleen?" Zo staan er een stuk of wat in de tentoonstelling, allemaal bevragen ze zich over hoe je je dood hebt ervaren.


Wat gebeurt er nadat ons leven tot een einde is gekomen? Boltanski zinspeelt hier met zijn monumentale installaties op een mogelijk antwoord. 

"Een jas is als een lichaam" zegt de Franse kunstenaar in zijn interview met Bianca Stigter in het NRC. Door buurtbewoners en andere Amsterdammers zijn, op verzoek van Boltanski, voornamelijk zwarte winterjassen gedoneerd. Deze jassen zijn over een veertiental stoelen gedrapeerd en liggen met de mouwen gespreid over de vloer, op de grafstenen. Enorme lampen glinsteren je tegemoet. In het koor hoor je fluisteringen, het zijn de namen van de doden die hier tot de 19e eeuw begraven lagen. Voor zover ze bekend zijn dan, want er zijn hier meer anonieme dan gekende personen begraven in de loop der eeuwen. Je kunt ook zelf hieraan bijdragen door in één van de opgestelde zwarte dozen plaats te nemen, een koptelefoon op te zetten en na een instructie namen te fluisteren. Tijdens mijn bezoek was de "biechtstoel" bezet en eenmaal leeg had ik geen tijd meer omdat ik een trein moest halen, anders had ik graag mijn bijdrage geleverd. Wie weet krijg ik nog een tweede kans.

"Namen zijn een manier om te laten zien dat iedereen uniek en belangrijk is. Wie zijn naam wordt afgenomen, zoals in de Holocaust gebeurde, wordt zijn menselijkheid afgenomen, dan ben je niemand meer." Op een video (Animatas Blanc) in de kerk zijn bewegende klokjes te zien en te horen. Elk rinkelend belletje vertegenwoordigt het geluid van een ziel, zo gelooft men in Japan. De mate van zichtbaarheid wordt bepaald door het daglicht en in het grauwe licht van deze dag zie ik genoeg. 


Animatas Blanc, Site-specifiek, 2017
Deze tentoonstelling loopt nog tot zondag 29 april.

Na dit verrassende bezoek aan de Oude Kerk, sluitstuk van een dag vol boeiende tentoonstellingen, liep ik strompelend naar het station, waar ik in de trein richting huis alle beelden die ik had gezien rustig nog eens kon verwerken. Dan de bus in en om 18.30 uur viel ik bijna mijn huis binnen, waar manlief me opwachtte met (nu ietwat banaal klinkend) vrijdagse frites en ik mijn voeten kon laten rusten op de bank. Hielspoor beperkt me nu al ruim 9 maanden, maar als ik niet teveel loop kan ik er gelukkig nog redelijk goed mee "uit de voeten".

Monday, January 29, 2018

Dagje Amsterdam #1

Het was me 't dagje wel!
Ik vertrok om 9.00 uur van huis en had mezelf een druk programma opgelegd. Ruim op tijd was ik op het station om de trein van 9.37 te nemen. Ineens stond die trein niet meer op het bord aangegeven en zag ik allemaal mensen hollen. Er werd niets omgeroepen. Omdat rennen voor mij geen optie was besloot ik dan maar de volgende trein te nemen die op het bord stond. Een half uur later dan gepland kwam ik aan in Amsterdam.

Met de tram (lijn 24) reed ik mijn uitstaphalte voorbij, zodat ik vanaf de volgende halte terug moest lopen naar Foam Fotografiemuseum. Ik was vergeten dat de tram al sinds een tijd niet meer stopte tegenover het Nationaal Archief, bijna op de hoek van de Keizersgracht, maar dat ik er al bij  Muntplein uit had gemoeten. Ik begon al snel last te krijgen van mijn hielspoor.

In Foam bezocht ik, zoals altijd, eerst de bovenste verdieping. Hier was het werk van Theo Simpson: Part and Hole te zien, wiens "unieke beeldtaal" mij persoonlijk toch niet zo kon bekoren. Fotografie wordt door hem "gecombineerd met andere vormen van materiële expressie zoals sculptuur en site-specific werk" en vormt zo het "vertrekpunt voor zijn conceptuele kunstwerken, waarin hij reflecteert op de relaties tussen ideologieën, economieën, industrieën en landschappen." Ik heb al eerder gemerkt dat ik niet zo conceptueel ben ingesteld.

Een verdieping lager was de expositie waar ik in eerste instantie voor kwam: Back to the Future, met een combinatie van 19de-eeuwse en 21ste-eeuwse fotografie. Dit was echt genieten!
In deze tijd blijken veel kunstenaars/fotografen materialen, technieken etc. te gebruiken die teruggrijpen op wat hun 19de-eeuwse voorgangers voorhanden hadden. De grote moeite die men zich in de 19e eeuw moest trotseren om foto's te kunnen maken is in dit digitale tijdperk haast niet meer voor te stellen, toch kiezen sommige fotografen ervoor om juist in deze tijd oude glasnegatieven mee te zeulen en te bewerken, of om bijvoorbeeld heel bewerkelijke fotogrammen te maken. Ik heb wel wat met fotogrammen en ik vond zowel die van 19de eeuwse Anna Atkins met gedroogde zeewieren - die ik eerder zag in het Rijksmuseum - als die van Sam Falls met zijn bladeren en bloemen,  bijzonder fraai!
Waarom fotografen tegenwoordig zulke bewerkelijke methodes prefereren wordt volgens Merel Bem duidelijk als je het essay leest in Foam Magazine. In haar artikel: Neem de tijd, in de VK van 24 januari 2018 beschrijft zij dit. Men wil werk maken dat anders en uniek is en niet in een paar seconden of minuten gemaakt, bewerkt en gedeeld kan worden. Dat is althans één van de verklaringen die het essay oproept en een hele logische lijkt mij. 

De tentoonstelling beneden van Romain Maider: The Following is a True story was minder aan mij besteed, al is de vraag over het waarheidsgehalte van de fotografie nog steeds actueel.

Het werk van Anouk Kruithof: Aquas daarentegen vond ik fascinerend, divers en weer van een geheel andere orde, met zoveel verschillende invalshoeken en kleurige vormen. Zo waren er fotocollages, sculpturen en video-animaties.Uit de informatietekst van Foam: "Met haar nieuwste werk bevraagt Kruithof de geësthetiseerde manier waarop de oorzaken en gevolgen van klimaatverandering online worden verbeeld."  Ik vind het ontzettend knap wat zij doet en hoe vernieuwend ze bezig is met fotografie, maar zelf ben ik uiteindelijk toch meer iemand van de klassieke beelden. Ergens in de begintijd van mijn eigen fotografiestudie (2004-2008) heb ik haar afstudeerwerk (2003) gezien en daar ben ik ook nu nog steeds van onder de indruk!
Tuin Huis Marseille, gezien van achter een bovenraam

Een eindje verderop aan de Keizersgracht is in een tweetal prachtige 17de eeuwse panden fotografiemuseum Huis Marseille gevestigd. Hier bekeek ik de twee tentoonstellingen die er momenteel waren, nl. die van Ad van Denderen: Jerusalem Stone en Eddo Hartman: Setting the stage: Pyongyang, North Korea, Part two. Beide fotografen hadden bijzonder indrukwekkende foto's gemaakt in niet voor de hand liggende landen en gebieden. Ad van Denderen fotografeert de dagelijkse gevolgen van het conflict in Israël en in het Financiële Dagblad zag ik een mooie recensie hiervan. Steen manifesteert zich in zijn beelden in diverse gedaantes, van een brok steen tot het kale land, van muur tot nieuwbouwwijk. 
Van Eddo Hartman is één beeld in het bijzonder me bijgebleven: de dame met het blauwe badpak, in het verder lege zwembad. In een interview met Wilfried de Jong, ook te zien in Huis Marseille, legt Eddo uit dat hij verschillende keren in dat monumentale zwembad was en dat het altijd leeg was, waarbij men telkens andere smoezen had om dat te verklaren. Hartman mocht in dit gesloten land natuurlijk alleen fotograferen onder begeleiding van gidsen, wat lijkt me dat een moeilijke opgave!

Inmiddels had ik veel meer pijn aan mijn linkervoet gekregen, de hielspoor speelde behoorlijk op en ik moest nog terug.
Wordt vervolgd.

Monday, January 22, 2018

In en rond onze caravan: Op de plaats rust #15


Zomervakantie 14/7 t/m 5/8 2006, Zuid-Engeland.

We kregen op deze camping uit het boekje "Rustiek kamperen" een plaats toegewezen op het veld helemaal vooraan, schuin tegenover het toiletblok. Jammer, want verderop beschikte de camping over nog een veld en een wat besloten gedeelte met bosjes en bomen, wel wat hellend. Vanwege de hevige wind zetten we dit keer niet de luifel op, maar het windscherm, nog een oudje van ma K. 
Aan het eind van de middag arriveerden vier auto's en dito tenten, met een erg luidruchtige familie, die tot laat in de avond voetbalden en ook af en toe tegen ons Tritonneke aanschopten. Verder viel het wel mee met de overlast, geen harde muziek gelukkig!

Zuid-Engeland, Petham, 14-07-2006: Camping Yew Tree
Boek op krukje: Het Engeland van C. Buddingh/samensteller W. Huijser, 2005

Op de derde dag van deze vakantie verstuikte ik mijn enkel, tijdens een bezoek aan Chilham, met "het mooiste dorpsplein van Kent" volgens het boek "Kent: de tien fraaiste routes door de tuin van Engeland per auto, per moror of per fiets", van Erik de Keersmacker, 1996. Omdat ik zo onverstandig was om niet naar een dokter te gaan, zou ik daar de hele vakantie veel last van hebben (en zelfs nu nog af en toe). Wel op pad geweest, maar veel vanuit de auto moeten bekijken.

Enkel verstuikt

 Een dag later besloten we om toch maar te verkassen, met mijn zere pootje kon ik ook op een andere camping zitten. W. moest nu wel alles alleen doen.
De volgende camping waar we terechtkwamen was in Horam: Horam Manor Touring Park. Het was een warme dag en we konden gelukkig een plek met wat schaduw krijgen. Helaas was het wel een erg hellende plek, W. slipte op het gras, gleed bijna door en kon niet terug. De geur van brandend rubber! Er moest een tractor aan te pas komen om onze Eriba netjes op zijn plaats te zetten. De eigenaar gaf nog een paar blokken om hem recht te kunnen stellen. Later zagen we voor 't eerst een mover in gebruik, maar het zou nog een paar jaar duren voor we zelf genoodzaakt waren er een aan te schaffen.
Nog vóór 13.00 uur zaten we lekker in de schaduw achter de caravan aan een drankje. Aan het eind van de middag konden we aan de voorkant bbq'en, omdat de zon ook daar inmiddels vertrokken was.

Gelukkig schaduw achter de caravan

Zuid-Engeland, Horam, 17-07-2006, Camping Horam Manor Touring Park


Treffende gelijkenis met pa K.

Het toiletgebouw stond op een ander veld, te ver voor mijn zere voet. Om te kunnen douchen moest W. me dus met de auto daarnaartoe brengen! We hebben gelukkig wel een wc in onze Eriba Touring Triton 430, dus voor een plas hoefde ik de deur niet uit.


Jarig en gefeliciteerd worden


Hoe warm het was deze dagen

Sunday, January 21, 2018

In en rond onze caravan: Blik naar buiten #13

Zomervakantie 14/7 t/m 5/8 2006, Zuid-Engeland. 

Eerste vakantie zonder onze zoon! J. ging met een paar andere bestuursleden van de jongerenafdeling van de NCV (Nederlandse Coeliakie Vereniging) voor een week naar Barcelona. Glutenvrij moeten eten zou nu gelukkig geen probleem zijn.





Dit is kennelijk de enige foto die ik deze vakantie door het raam heb genomen. De naam van de camping heb ik helaas niet genoteerd, maar het was ergens in de buurt van Glastonbury. We hadden al een paar keer onze neus gestoten omdat de campings die we uitgezocht hadden helemaal bezet waren. De beheerder van de laatste volgeboekte camping had voor ons gebeld en zodoende waren we op deze landelijk gelegen plek terechtgekomen, via een aantal smalle weggetjes. Het bleek dat deze camping geen vergunning had voor caravans, maar we mochten hier toch staan, omdat het maar een kleintje was. We werden wel ergens achteraf neergezet, zodat we van de weg af niet te zien waren! Er was een enorm groot veld met tenten en vouwwagens langs de kanten en dan nog een iets kleiner veld met een soort slurf achteraan, waar wij "verstopt" werden.  Electra ontbrak, maar dat losten we op door onze auto met de caravan te verbinden. 


Klein probleem was wel dat de bijna volle wc hier niet geleegd kon worden, maar daar kwamen we ook wel overheen. Het was de eerste camping waar we ooit op stonden waar je verplicht op je plaats moest afwassen, vanwege de beperkte riolering die ze hadden die dus geen afwasmiddel aankon! 

Saturday, January 13, 2018

Fotodoos

"Geluk zit in een fotodoos".

Dit citaat komt uit een interview met Mariëtte Haveman in de Volkskrant van vrijdag 12 januari, door Karolien Knols. Kees Fens (1929-2008) schreef dit nadat hij een doos van zijn moeder had gevonden, met oude familiefoto's en besefte dat over een tijdje niemand meer zou weten wie die mensen waren. Door erover te schrijven wilde hij ze nog even vasthouden. Kijk, dat heb ik nou met die oude familiebeelden, ik wil ze ook nog even vasthouden en koesteren!

Deze foto van mij en mijn pasgeboren broertje geeft ook een aardig tijdsbeeld, we schrijven het jaar 1955

Het artikel gaat over de aanstaande Kees Fens-lezing, geschreven door kunsthistoricus Mariëtte Haveman, over kunst en herinneren. Ik ben geboeid, omdat ik altijd al gefascineerd ben geweest door het geheugen en herinneringen, waarschijnlijk door mijn eigen gebrekkige geheugen. Aan het eind van mijn vierjarige (deeltijd)studie fotografie aan kunstacademie St.Joost in Den Bosch, schreef ik in 2.008 een scriptie over de relatie tussen fotografie, geheugen en herinnering: Zeepaardjes en andere hersenspinsels

In dit stuk in de VK viel mij op dat er een familiefoto met de kinderen Havemans (1962) wordt besproken en getoond, waarop de kinderen door hun moeder gestreken pyjamaatjes aan hebben. Dat en de entourage van oude meubels en moderne gordijnen zegt volgens de kunsthistoricus echt iets over die tijd, begin jaren zestig. Dat is ook de tijd van mijn jeugd!
Vanwaar deze familiefoto? Er was haar gevraagd of ze ter voorbereiding op het gesprek over de lezing afbeeldingen van kunstwerken wilde sturen waarbij ze een historische sensatie voelde, alsof ze erbij was geweest. Naast een fresco van Giotto en een foto van kinderen op het strand stuurde ze deze foto, die volgens haar boven het kiekje uitstijgt vanwege de historische sensatie van een voorbije wereld.

Ik duik nog eens in mijn scriptie, dat is wat dit stuk met mij doet!

Wat dit stuk ook met mij doet is dat ik naar Padua wil, om met eigen ogen de Arenakapel te kunnen aanschouwen, beschilderd door de 14de-eeuwse schilder Giotto, waar ik in mijn lessen kunstgeschiedenis op de academie voor 't eerst over heb gehoord. Het blauw van Giotto!

Thursday, January 11, 2018

Zusjes





Nog een foto van mijn moeder en haar twee jaar jongere zus, die ik ooit van de computer van mijn vader heb geplukt. Ik wilde dat ik meer foto's van haar had, uit haar jeugdjaren en later. Hoe oud zou ma hier zijn, 8 jaar misschien? Ik ben niet zo goed in het schatten van leeftijd. Het is wel echt ma en haar zus staat er ook treffend op! 
(Ruim een week na deze publicatie vind ik de originele foto terug in een album en blijkt dat ik haar leeftijd helemaal verkeerd heb gezien. Onder de foto staat dat deze genomen is in 1945, ma was toen dus al 11 jaar oud)!

Hieronder sta ik zelf op deze leeftijd. Ik kwam net thuis uit sanatorium de Klokkenberg, waar ik van mijn vijfde tot mijn achtste gekuurd heb i.v.m. tuberculose, vandaar dat ik behoorlijk dik was! Achter het raam zie je nog net mijn oma van moeders kant en links mijn tante Bertha, jawel diezelfde zus.



Wednesday, January 10, 2018

Kijk

Kijk,
ik weet het niet
ik was nog nooit dood
maar als je nou dood bent
wat zie je dan
wat zie jij nu wat ik niet zie
want als de ogen zich sluiten
en het zicht naar binnen keert
waar ben ik dan
en jij?
en wij?

Bert Schierbeek
Uit: Ik heb alleen woorden
De honderd meest troostrijke gedichten over afscheid en rouw uit de Nederlandse poëzie, verzameld door Hans Warren en Mario Molegraaf, 2001

Vandaag is het de sterfdag van mijn moeder Nettie! In 2002 is ze overleden aan de gevolgen van chronisch myeloïde leukemie. Ze is helaas slechts 67 jaar geworden, ze was een prachtmens!

80 Jaar geleden was mijn moeder bijna vier jaar oud. Deze foto van haar en haar jongere zus Bertha trof ik aan op de computer van mijn vader, ook al weer wat jaren geleden. Heel veel meer foto's van haar als kind heb ik niet, misschien dat er nog wat kiekjes bij familieleden circuleren. Ik schat dat ze hier zo rond de vier jaar zal zijn. 






Mijn vader had de foto ingescand en er een bmp-bestand van gemaakt, ik weet eigenlijk niet waarom en ik kan het hem niet meer vragen, want ook hij is er niet meer. Ik heb er niets aan veranderd en zo te zien wordt dit bestand hier gewoon geaccepteerd. In de beginjaren van mijn digitale avontuur heb ik zelf wat rare dingen gedaan, zoals foto's opgeslagen als pdf, i.p.v. psd. Och ja, daar leer je wel van!

Dit leek me een mooi moment om mijn blog weer eens nieuw leven in te blazen!